14-02-2014: “Als verveling vervelend wordt….”

In Archief Delft by HB-Café Delft

Hoewel het buiten stroomde van de regen werd het In Kadmium in Delft in het HB-café op deze Valentijnsavond een prettig warme en zeker niet vervelende avond. Pauline Coret en Peter Overzier brachten het thema ‘Bore-out’ zowel informatief als interactief.

Informatie over wat bore-out nu eigenlijk is, kwam met name uit het boek van Rothlin & Werder over bore-out. Pauline liet zien wat de verschillen met burn-out zijn, maar vaak moet je nader onderzoek doen naar de oorzaken om erachter te komen waar het om gaat. In beide gevallen word je namelijk moe en kom je tot niets. De aanpak is echter geheel anders.

Veel mensen die zich op hun werk vervelen, vertonen allerlei gedragsstrategieën, die toch niet effectief zijn. Ze hebben vaak te maken met het feit dat men er niet over wil of kan praten. Daar ging het later op de avond ook nog over. Met een filmpje van een Cup-a-soup reclame werd getoond hoe een werknemer nèt op momenten dat er (vervelend) werk voor hem is, nooit beschikbaar was, hij hing dan letterlijk rond of lag onder de tafel ….

Uit de zaal kwam de opmerking dat verveling niet alleen op het werk, maar ook thuis kan optreden. Als voorbeeld werd genoemd het thuis zitten met kleine kinderen. Het verschilt in zoverre met werk, dat je thuis iets meer baas bent over je eigen tijd.

Daarna kwamen er discussievraag die we aan de tafeltjes bespraken:

–          Welke oorzaken zie je voor jezelf voor bore-out?

Een deel van de mensen ervaart thans verveling op het werk, een deel herkende het uit vroegere werksituaties. Daarom kon iedereen hier wel iets over zeggen.

Dit kwam eruit:

–          Stroperigheid van de organisatie
–          Teveel intern gerichte organisatie
–          Eenvoudig werk
–          Gebrek aan regelmogelijkheden
–          Sneller werken
–          Voldoen aan de normen van anderen
–          Teveel werkroutine
–          Weinig aansluiting met collega’s
–          Werken zonder toekomst
–          Verplichtingen en controle
–          Verkeerd werk
–          Neerwaartse spiraal
–          Gebrek aan kwaliteit
–          Vergaderingen
–          Moe van compensatiegedrag

Er bleek veel onderlinge herkenning!

Daarna werd de deelnemers gevraagd op een denkbeeldige lijn te gaan staan en op zeven punten aan te geven hoe belangrijk dat voor hen was in het kader van werk. Die zeven elementen waren:

1. Dagstructuur
2. Inkomen
3. Groei en ontwikkeling
4. Sociale contacten
5. Afleiding
6. Status
7. Identiteit

Het ging niet om absolute begrippen maar om hoe je het zelf ervaart. Op basis van de argumenten die men gaf waarom men op die bepaalde plek stond, begrepen we hoeveel functies werk kan hebben en dat dat per persoon kan verschillen. Wie bij geen van deze punten stond aan de kant van ‘belangrijk’ heeft een probleem of zal dat kunnen krijgen.

Vervolgens gingen we praten over wat een hoogbegaafde nu nodig heeft op het werk. Daar kwam deze rij uit:

–          Vrijheid
–          Autonomie
–          Uitdaging
–          Diepgang
–          Begrip
–          Nuttig zijn
–          Zingeving
–          Groei en ontwikkeling
–          Doelgerichtheid
–          Haalbaar en nuttig doel
–          Rechtvaardigheid
–          Begrip in communicatie
–          Sparring partner
–          Diversiteit
–          Bezieling
–          Afwisseling
–          Verantwoordelijkheid
–          Tempo
–          Rust
–          Eerlijkheid

En de volgende vraag was waarom een hoogbegaafde eigenlijk een bore-out zou kunnen krijgen. Daarover vertelde men:

–          Teveel aanpassen aan werkomgeving
–          Grotere behoefte aan prikkels
–          Talenten zijn onderbenut
–          Gebrek aan autonomie
–          Efficiënter werken
–          Onderbenutting

En toen werd het hoog tijd voor de vraag: wat ga je nu (als dat aan de orde is) veranderen? Aan de omgeving en aan jezelf?

Op het gebied van de omgeving kwamen aan de orde:

–          Vrije tijd: andere hobby’s bijvoorbeeld
–          Projecten gaan doen

Wat betreft onszelf:

–          Het aankaarten bij de leidinggevende
–          Aan collega’s vragen of je werk voor hen kunt doen
–          Een eigen bedrijf beginnen
–          ‘Durven’!
–          Je afvragen wat je leuk vindt

Over het eerste punt, het bij je leidinggevende aankaarten, praatten we wat langer door. Er waren enkele deelnemers die hier ervaring mee hadden. Dat had echter niet bij iedereen succes gehad. We praatten erover door hoe dat zou kunnen komen. Het blijkt dan lastig te zijn in een organisatie waar een strakke keten is, en waarin jouw leidinggevende er geen baat bij heeft als jij meer of ander werk gaat doen. In organisaties waar dat minder strak is, zou je zeker moeten proberen het aan de orde te stellen. Verplaats je in je baas en vraag je af waar die belang bij zou hebben om zo een win-win situatie te creëren. Probeer ook helder aan te geven wat jij nodig hebt om je werk te doen en er meer plezier in te krijgen. En vraag je af met wie je daarover kunt onderhandelen.

Eén deelnemer gaf aan dat haar baas ook hoogbegaafd is en dat ze het uitstekend heeft getroffen! Voor enkele andere deelnemers bleek de overstap naar een eigen bedrijf zeer goed verlopen te zijn. Ook had iemand een goede ervaring door vanuit het opleidingsbudget van het werk cursussen te mogen volgen.

Een heel mooi voorbeeld dat budgetneutraal kon, was dat mensen uit het bedrijf aan elkaar trainingen mochten aanbieden! Zo schoolden medewerkers elkaar bij op zeer uiteenlopende onderwerpen.

Na het programma bleven veel mensen nog gezellig napraten.

Op het HB-Forum kun je napraten via deze link.